Kim en Niek van den Adel; een bijzonder Hoogstraat-stel. Als Niek in De Hoogstraat revalideert van zijn dwarslaesie na een motorongeluk wordt hij smoorverliefd op zijn ergotherapeut Kim. Na zijn revalidatie gaan de twee direct samenwonen en krijgen drie prachtige meiden. Naast dat Kim ergotherapeut in De Hoogstraat is en dus veel revalidanten behandelt, is zij ook ervaringsdeskundige. Samen wonen, kinderen krijgen, verhuizen; grote veranderingen in hun leven met dus ook veranderende behoefte als het gaat om voorzieningen. Hoe pakken zij WMO aanvragen aan?

“De wereld van de aanvragen voor voorzieningen is weerbarstig. Het is gemeente afhankelijk wat er wel en niet kan, het kost tijd en energie, krijg je wat je nodig hebt en hoe snel heb je het dan?”, begint Kim. Zes jaar geleden moesten zij verhuizen omdat het huis te klein werd voor het gezin. “We konden lange tijd geen goed huis vinden. Uiteindelijk bleek een nieuwbouwproject de oplossing. Gelukkig hadden we een goed contact met de aannemer die welwillend was in het meedenken in oplossingen voor de bouw.
We wilden pertinent op dezelfde verdieping als de kinderen slapen, dus een lift was nodig. Dat bleek via WMO-aanvraag bij de gemeente onbetaalbaar. Het was toen ook een financieel zeer ongunstige tijd met een bizar hoge maandelijkse eigen bijdrage. Dit ging voor ons niet. Uiteindelijk hebben we het via onze hypotheek kunnen regelen. Gelukkig is nu de regelgeving wel veranderd”, vertelt Kim. Niek en vooral Kim hebben veel ervaring met WMO aanvragen. Welke tips hebben zij?

Maak persoonlijk kennis

“Wat wij merken is dat het écht in contact te komen met jouw WMO consulent helpt. Bouw een band op en werk samen. Ze hoeven niet dagelijks op de koffie, maar weet wie de ander is. Ieder mens wil een ander mens helpen; ook een WMO-consulent wil je helpen. Het lastige is dat die persoon moet manoeuvreren binnen de wet- en regelgeving in de gemeente. Elkaar kennen helpt om de lijntjes soms wat minder strak te volgen.”

Vertel goed wat je nodig hebt

“Niek is absoluut van ‘het mensen ontmoeten’ en face-to-face het gesprek aangaan. Hij is altijd vriendelijk en gooit er zo nu en dan de nodige humor in. Zo is hij. Maar ondertussen vertelt hij duidelijk en ook wel directief ‘dit is wat ik nodig hebt’. Het helpt dus als je goed kan vertellen wat je nodig hebt en waarom. Een beetje bijdehand zijn is natuurlijk wel handig. Een zin beginnen met “moet je eens voorstellen dat iedere dag ….”. De combinatie tussen goed en beeldend vertellen helpt.”

Wees ook kritisch op wat je nodig

“Bedenk ook goed of een aanpassing echt nodig is en of het past in de context waarin je leeft. Toen wij nog geen kinderen hadden, woonden wij in een huis met automatische deuren. Toen wij verhuisden met de jonge kinderen, wilden wij de automatische deuren niet meer. Een kindervinger zit al snel tussen de deur. In het nieuwe huis hebben we de vloer overal gelijk gemaakt, zodat we geen drempels hadden. Niek kon hierdoor makkelijker de deur openen en een elektrische deuropener was niet per se nodig. En de kindervingers blijven gespaard”, grapt Kim.

Creatief zijn

Creativiteit komt goed van pas. Eigenlijk in alles. Of je gaat verhuizen, op pad gaat of iets nodig hebt. Ik struin bijvoorbeeld regelmatig Marktplaats af en pas dat wat ik dan nodig heb zelf aan. Zo heb ik toentertijd de commode en box om onze kinderen te verzorgen gekocht en met hulp van opa zelf aangepast. Zo hoefden we het niet aan te vragen bij de gemeente.”

Emoties hoog? Vraag hulp bij je ergotherapeut

“Nu lijkt of het bij ons vlekkeloos verloopt en dat is natuurlijk niet zo. Ook wij lopen tegen dingen aan. De kunst is om aardig en vriendelijk te blijven. Vooral voor jezelf. Het moet niet zo zijn dat je de hele dag last hebt van instanties die log zijn. Lopen emoties toch op? Vraag dan op tijd hulp bij jouw ergotherapeut! Zij hebben ingangen, weten wie ze moeten bellen en die persoon kan zonder die emoties voor jou bemiddelen.